T +31 53 303 30 00

De Europese huwelijksvermogens rechtverordening

De Europese huwelijksvermogensrechtverordening 

Auteur: Pierrette Kuipers 

 

Met ingang van 29 januari 2019 is de nieuwe Europese huwelijksvermogensrechtverordening in werking getreden. Deze verordening bepaalt het toepasselijke recht op de verdeling van het huwelijksvermogen bij een internationaal huwelijk.   

Inleiding 

Stel: u bent getrouwd in Frankrijk en zowel u als uw partner bezitten de Franse nationaliteit. Nadat u twee jaar na het huwelijk woonachtig bent geweest in Frankrijk, verhuist u naar Nederland. Na de verhuizing naar Nederland besluiten u en uw partner te gaan scheiden. Is de Nederlandse rechter bevoegd om te oordelen over de verdeling van uw vermogen? Ook over het vermogen dat zich in Frankrijk bevindt? En als de Nederlandse rechter dan bevoegd is, welk recht is dan van toepassing op de verdeling?   

Voor wie? 

De nieuwe verordening is op u van toepassing indien u: 

  • op of na 29 januari 2019 bent getrouwd of na 29 januari 2019 een rechtskeuze uitbrengt voor het huwelijksvermogensrecht van een bepaald land; 
  • woonachtig bent in één van de 19 Europese lidstaten. Dit zijn Nederland, België, Frankrijk, Duitsland, Griekenland, Bulgarije, Cyprus, Finland, Italië, Kroatië, Luxemburg, Oostenrijk, Malta, Spanje, Portugal, Slovenië, Tsjechië en Zweden.

Toepasselijk huwelijksvermogensrecht 

Zoals in de inleiding reeds aangehaald, is het doel van de verordening om het toepasselijke huwelijksvermogensrecht te bepalen. Welk recht dit is, wordt bepaald door de rechter en is afhankelijk van een aantal factoren.   

Heeft u een rechtskeuze uitgebracht? 

Bij een rechtskeuze kiest u (in de huwelijkse voorwaarden) voorafgaand of tijdens het huwelijk voor het huwelijksvermogensrecht van een bepaald land. Vanaf 29 januari 2019 (ingangsdatum verordening) kunt u kiezen voor de navolgende rechtsstelsels: 

  • het recht van de staat waar één van de beide of beide echtgenoten de gewone verblijfplaats hebben; 
  • het recht van de staat waarvan één van de echtgenoten of beide echtgenoten de nationaliteit bezit.

Let op: het is niet mogelijk om voor een toekomstig toepasselijk rechtsstelsel te kiezen. U kunt dus niet kiezen voor een toekomstige woonplaats of een mogelijk toekomstige nationaliteit.  

Heeft u geen rechtskeuze uitgebracht? 

Bent u op of na 29 januari 2019 gehuwd en heeft u voor of ten tijde van het huwelijk geen rechtskeuze uitgebracht? Dan zal de verordening antwoord geven op de vraag wat het toepasselijke huwelijksvermogensrecht is. Hiervoor dient u een aantal stappen te doorlopen.  

Stap I: Wat is uw gemeenschappelijke woonplaats? 

De verordening kijkt als eerst naar uw gemeenschappelijke woon- en verblijfplaats na de huwelijksvoltrekking. Hoe lang u op deze gemeenschappelijke woon- en verblijfplaats verbleven moet hebben, wordt in de verordening niet verduidelijkt. Vaak wordt er uitgegaan van een duur van zes maanden.   

Stap II: Welke gemeenschappelijke nationaliteit heeft u? 

Is er geen gemeenschappelijke woon- en verblijfplaats? Dan kijkt de verordening naar uw gemeenschappelijke nationaliteit ten tijde van het sluiten van het huwelijk.  

Stap III: Nauwste verbondenheid 

Heeft u geen gemeenschappelijke woonplaats en ook geen gemeenschappelijke nationaliteit? Dan is het recht van toepassing van het land waarmee u beiden het nauwst mee verbonden bent ten tijde van het sluiten van het huwelijk.  

Wat is er veranderd? 

Voor 29 januari 2019 kon het toepasselijk vermogensrecht veranderen nadat u 10 jaar aaneensluitend in een bepaald land had gewoond of de nationaliteit van dit land kreeg. De nieuwe verordening voorziet niet in een automatische wijziging van het toepasselijke recht.   

Vragen? 

Heeft u vragen over deze blog of over de nieuwe Europese huwelijksvermogensrechtverordening? Neem dan contact op met onze familierechtadvocaat! Mr. Willeke Krieger is te bereiken via krieger@tlcadvocaten.nl