T +31 53 303 30 00

 

Exoneratiebeding: het uitsluiten of beperken van de wettelijke aansprakelijkheid

TLC International Law > Aansprakelijkheidsrecht  > Exoneratiebeding: het uitsluiten of beperken van de wettelijke aansprakelijkheid

Exoneratiebeding: het uitsluiten of beperken van de wettelijke aansprakelijkheid

Wanneer u als ondernemer tekortschiet in uw verplichtingen of onrechtmatig handelt, bent u volgens de wet aansprakelijk. Maar hoe kunt u deze aansprakelijkheid beperken of zelfs uitsluiten? Dit kan door het opnemen van een exoneratiebeding in uw contracten of algemene voorwaarden.

Benieuwd hoe dit in zijn werk gaat? U leest het in onderstaand blog.

Exoneratiebeding

In een exoneratiebeding kan worden opgenomen dat een partij in bepaalde situaties niet aansprakelijk kan worden gesteld. Dit kan bijvoorbeeld door het opnemen van de volgende zin in de algemene voorwaarden: “Wij zijn niet aansprakelijk voor schade die voortvloeit uit onze dienstverlening” of “Wij zijn aansprakelijk voor schade die voortvloeit uit onze dienstverlening tot een bedrag van X”. Een exoneratiebeding is dus een belangrijk instrument om de aansprakelijkheid geheel of gedeeltelijk uit te kunnen sluiten.

Bij het opstellen van een dergelijk beding is het van belang dat deze zorgvuldig wordt geformuleerd. Hoe zorgvuldiger het beding wordt opgesteld, hoe krachtiger het beding is. Daarnaast mag het exoneratiebeding inhoudelijk niet in strijd zijn met de wet, openbare orde of goede zeden, bijvoorbeeld door het uitsluiten van schade als gevolg van opzet of bewuste roekeloosheid.

Let dus ook op eventueel opgenomen exoneratiebedingen in een overeenkomst opgesteld door de wederpartij en laat deze eventueel nakijken door een jurist.

Uitgangspunt

Het Nederlandse recht neemt als uitgangspunt dat eenieder aansprakelijk is voor zijn eigen schade. Deze schade kan voortvloeien uit het niet nakomen van wettelijke verplichtingen of uit het niet nakomen van de in een overeenkomst vastgelegde verplichtingen.

Aansprakelijkheid

Indien twee partijen een schriftelijke overeenkomst hebben gesloten, zijn beide partijen verplicht om de in de overeenkomst vastgelegde verplichtingen na te komen. Komt een van de partijen deze verplichtingen niet of niet volledig na? Dan spreken we ook wel van een tekortkoming in de nakoming (wanprestatie) op grond van artikel 6:74 BW en kan er mogelijk schadevergoeding worden gevorderd.

Naast verplichtingen voortvloeiend uit een overeenkomst kunnen we ook spreken van verplichtingen voortvloeiend uit de wet. Schade kan namelijk ook ontstaan op grond van bijvoorbeeld een onrechtmatige daad zoals benoemd in artikel 6:162 BW.

Rechtbank Limburg 25 november 2020

In bovengenoemde zaak loopt een deelneemster een dubbele beenbreuk op tijdens de zogeheten obstacle run.[1] Jaarlijks wordt de obstacle run georganiseerd door Cavemanrun B.V.. Deelnemers leggen hierbij een parcours met obstakels af. Zo ook de betreffende deelneemster. De deelneemster beklom via een touwnet de achterkant van een van de obstakels. Vervolgens moest zij weer naar beneden door van het plateau af te springen en op een groot luchtkussen te landen. De deelneemster liep bij de landing op luchtkussen een dubbele beenbreuk op.

De deelneemster stelt dat het luchtkussen onvoldoende met lucht was gevuld, waardoor haar val in onvoldoende mate werd opgevangen en zij met haar benen de grond kon raken. Cavemanrun heeft daarmee haar zorgplicht om voor een voldoende veilig parcours te zorgen jegens de deelnemers van de obstacle run niet behoorlijk nageleefd. De deelneemster houdt Cavemanrun zowel op grond van artikel 6:74 BW als op grond van artikel 6:162 BW en 6:173 BW aansprakelijk voor de door haar geleden schade.

Cavemanrun heeft een beroep gedaan op haar algemene voorwaarden, waarin is opgenomen dat de organisatie in geen geval aansprakelijk is voor ongevallen of schade en deelname aan het evenement op eigen risico is. In het bijzonder doet zij een beroep op de bepalingen waarin is opgenomen dat een deelnemer slechts aan het evenement mag deelnemen, indien deze het daartoe strekkende inschrijfformulier volledig en naar waarheid heeft ingevuld, het inschrijfgeld uiterlijk twee weken voor datum van het evenement volledig is voldaan en de deelnemer akkoord is gegaan met de algemene voorwaarden.

De rechtbank oordeelt dat de algemene voorwaarden van Cavemanrun van toepassing zijn. Het exoneratiebeding in de algemene voorwaarden is echter vernietigbaar wanneer duidelijk is dat het luchtkussen waarop de deelneemster tijdens de obstacle run is gesprongen onvoldoende met lucht was gevuld. De deelneemster heeft naar het oordeel van de rechtbank nog niet bewezen dat dit de daadwerkelijk oorzaak was, daarom krijgt de deelneemster de gelegenheid om dit nader te onderbouwen. Wanneer blijkt dat het met onvoldoende lucht gevulde luchtkussen de oorzaak vormt voor de geleden schade, hoeft het exoneratiebeding niet in de weg te staan. Er kan namelijk worden gesteld dat het exoneratiebeding naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is.

[1] Rb. Limburg 25 november 2020, ECLI:NL:RBLIM:2020:9364

Vragen?

Heeft u vragen over deze blog of andere aansprakelijkheidskwesties? Benader dan gerust een van onze specialisten via mr. Willeke Krieger (krieger@tlcadvocaten.nl). Tevens zijn we te bereiken op 053-3033000 (Enschede) of 0523-745640 (Hardenberg) of via info@tlcadvocaten.nl