T +31 53 303 30 00

 

Werkgeversaansprakelijkheid: hoe hoog ligt de drempel?

TLC International Law > Aansprakelijkheidsrecht  > Werkgeversaansprakelijkheid: hoe hoog ligt de drempel?

Werkgeversaansprakelijkheid: hoe hoog ligt de drempel?

In februari 2025 oordeelde de Rechtbank Amsterdam over een zaak waarin een werkneemster ernstig letsel opliep na een val in een tramremise.[1] De uitspraak benadrukt het belang van een veilige werkomgeving met het oog op de strenge zorgplicht die op een werkgever rust op grond van artikel 7:658 Burgerlijk Wetboek. Benieuwd? Lees dan onderstaande blog! 

Feiten
De zaak betrof een tramremise waar bezoekers historische trams kunnen bekijken en ritten kunnen maken. De betrokken werkneemster volgde een re-integratietraject en was in opleiding tot tramconducteur. Op de dag van het ongeval struikelde zij in de remise over een verhoogde schuifdeurrail, die zich net na de ingang bevond. Het gevolg was ernstig letsel: een incomplete hoge dwarslaesie.

De werkneemster stelde haar werkgever aansprakelijk voor de schade, maar de werkgever betwistte deze aansprakelijkheid en verwees naar de zorgvuldigheid waarmee zij het terrein beheerde.

Standpunt van de werkgever
De werkgever voerde aan dat zij aan haar zorgplicht had voldaan door alle redelijke maatregelen te treffen om ongelukken te voorkomen. Zij wees erop dat de schuifdeurrail goed zichtbaar was, slechts 1,5 cm uitstak en dat er in de 46 jaar waarin deze rails aanwezig was, nooit eerder een ongeval had plaatsgevonden.

Standpunt van de werkneemster
De werkneemster stelde echter dat de situatie gevaarlijk was. Zij voerde aan dat de rails minimaal 3 cm uitstak en volgens richtlijnen als gevaarlijk kwalificeerde. Bovendien was de rails bij de overgang van licht naar een donkere loods lastig te zien. Volgens haar had de werkgever onvoldoende preventieve maatregelen genomen, zoals het markeren of verwijderen van de rails, of bijvoorbeeld het plaatsen van waarschuwingsborden.

Oordeel van de rechtbank
De rechtbank benadrukt dat de zorgplicht uit artikel 7:658 Burgerlijk Wetboek ver reikt. Wanneer de werknemer erin slaagt om aan te tonen dat zij schade heeft geleden in de uitoefening van haar werkzaamheden, is het aan de werkgever om aan te tonen dat hij aan zijn zorgplicht heeft voldaan. Uitzonderingen bestaan wanneer aan de zijde van de werknemer sprake is van opzet of bewuste roekeloosheid.

De rechtbank oordeelde in de onderhavige zaak dat de schuifdeurrails, die destijds niet meer functioneel was, na het ongeval was verwijderd. Dit bracht met zich mee dat niet meer exact vastgesteld kon worden hoe hoog de rails ten tijde van het ongeval was. Deze onduidelijkheid kwam voor rekening van de werkgever.

Daarnaast stelde de rechtbank dat de werkneemster niet had hoeven rekenen op een uitstulping van minimaal 3 cm, aangezien de schuifdeur al vervangen was en de rails geen functie meer had. De werkgever had moeten zorgen voor een zoveel mogelijk vlakke vloer, wat in dit geval niet was gebeurd.

Conclusie
De rechtbank concludeerde dat de werkgever niet aan haar zorgplicht had voldaan en aansprakelijk is voor de schade van de werkneemster. Deze uitspraak benadrukt de strenge zorgplicht, die op de werkgever rust.

Vragen?

Heeft u vragen over deze blog of andere aansprakelijkheidskwesties? Benader dan gerust een van onze specialisten via mr. Willeke Krieger (krieger@tlcadvocaten.nl). Tevens zijn we te bereiken op 053-3033000 (Enschede) of 0523-745640 (Hardenberg) of via info@tlcadvocaten.nl

[1] Rechtbank Amsterdam 18 februari 2025, ECLI:NL:RBAMS:2025:1134.